Uitgaande e-mail configureren
U moet de uitgaande e-mail configureren als u de functies Waarschuwingen of AutoSend wilt
gebruiken.
1
Verzamel de volgende informatie. (Doorgaans beschikt uw netwerk- of e-mailbeheerder over
de benodigde informatie voor het configureren van uitgaande e-mail.)
• Het IP-adres van de SMTP-server (Simple Mail Transfer Protocol) op uw netwerk. De
EWS gebruikt het IP-adres van de SMTP-server voor het doorsturen van e-mailberichten
naar andere computers.
• Het suffix van de e-maildomeinnaam dat wordt gebruikt voor e-mailberichten binnen uw
organisatie.
2
Schakel het selectievakje Uitgaande e-mail inschakelen in.
3
Voer het IP-adres van de SMTP-server in het tekstvak SMTP-server in.
4
Voer de domeinnaam in en klik vervolgens op Toepassen om de wijzigingen op te slaan.